Uitspraak 31-07-2020

KLACHTENCOMMISSIE, uitspraak d.d. 31 juli 2020 betreffende de klacht van 19 april 2020

Ingekomen stukken

De klachtencommissie heeft kennisgenomen van de volgende stukken:

  • Klacht van de klager d.d. 19 april 2020;
  • Reactie van de tolk op de klacht d.d. 1 mei 2020;
  • Nadere reactie van de klager d.d. 4 juni 2020;
  • Nadere reactie van de tolk d.d. 20 juni 2020.

Klacht

1. De tolk heeft onjuist vertaald (van de klager naar een derde);
2. De tolk heeft niet adequaat getolkt.

Ontvankelijkheid van de klacht

De klachtencommissie acht de klager ontvankelijk in de klacht.

Overwegingen

1. De tolk heeft onjuist vertaald (van de klager naar een derde).

De klager heeft aangegeven dat de tolk onjuist heeft vertaald. De tolk heeft dit ontkend.
Op basis van hetgeen de klager aan de klachtencommissie heeft voorgelegd, valt niet vast te stellen of er sprake is geweest van een onjuiste vertaling door de tolk.

De klachtencommissie acht dit klachtonderdeel dan ook ongegrond.

2. De tolk heeft niet adequaat getolkt.

De klachtencommissie heeft van de klager en de tolk begrepen dat sprake was van een gesprek waarbij meerdere deelnemers gelijktijdig communiceerden. Hierdoor heeft de tolk naar eigen inzicht de ene keer getolkt wat de één communiceerde en de andere keer getolkt wat de ander communiceerde. De klager voelt zich hierdoor onvoldoende gehoord door de derde. De klager geeft aan dat dit tot onjuiste rapportage van de derde in een juridische procedure heeft geleid, met ingrijpende gevolgen voor de klager.

In artikel 3 lid 2 van de Beroepscode Tolken Nederlandse Gebarentaal staat:

“(…) De tolk moet, als zij vindt dat zij taalkundig of tolktechnisch niet of onvoldoende bekwaam is, dat onmiddellijk aan de deelnemers vertellen en met hen overleggen over mogelijke oplossingen. (…)”

Hoewel de klachtcommissie – net als de klager – uitgaat van goede intenties van de tolk, had het op de weg van de tolk gelegen om in te grijpen op het moment dat adequate vertaling niet meer mogelijk was. Door dit na te laten, heeft de tolk de beroepscode geschonden.

De klachtencommissie acht dit klachtonderdeel dan ook gegrond.

Volledigheidshalve merkt de klachtencommissie op dat zij niet heeft kunnen vaststellen of het gedrag van de tolk tot de door de klager gestelde ingrijpende juridische gevolgen heeft geleid.

Uitspraak

De klachtencommissie verklaart de klacht onder 1 ongegrond en de klacht onder 2 gegrond.

Ga naar de inhoud